Deze koren- en pelmolen was een rietgedekte achtkante stellingmolen op een houten onderstuk. De kap was met riet gedekt. Sinds 1930 was één roede voorzien van zelfzwichting. De molen had vermoedelijk een ijzeren as van IJzergieterij Foxham uit 1905 en was uitgerust met twee koppels stenen.
Het was oorspronkelijk een grondzeiler, die gebouwd was vóór 1776 en die een standerdmolen verving van vóór 1628. In 1835 vroeg Geert Pauwels Geertsema, eigenaar sinds 1932, vergunning om de molen circa 5 meter te mogen verhogen en gelijktijdig pelstenen in de molen te mogen leggen. Bij resolutie van 5 juni 1835 werd vergunning verleend door de Mininster van Financiën om pelstenen te leggen.
Eigenaars: tot 1850 Geert Pauwels Geertsema (vertrok naar Meedhuizen), J. Hidding (onder andere in 1855), S. Doornbos (onder andere in 1873), Willem S. ten Have (van Heveskes, onder andere in 1882 en 1896), Sijbolt S. ten Have, sinds 1922 K. Homan (van Sint Annen), sinds 1937 H. Veldhuis, sinds november 1947 S. Emmelkamp.
Bij een storm op 17 maart 1947 verloor de molen een roede. In 1947 kreeg eigenaar Emmelkamp toestemming een elektromotor te plaatsen. Hij verplaatste de maalderij naar een schuur bij de molen. De molen is afgebroken in april 1953 door molenmaker A. Dreise, de sloopvergunning dateerde van 6 augustus 1951. Bij de afbraak werd de bovenas stukgegooid.
Op het bovenwiel stond: ‘S.T. H.F. C.W. 1893'.
Standplaats: in het dorp, noordzijde, aan de Wolters Ae. Coördinaten: 244,8#588,2.