Koren-, olie- en pelmolen De Valk ('Molen van Reinders') was een met dakleer beklede achtkante stellingmolen op een stenen tussen- en onderstuk. De kap was met ook dakleer bekleed. Beide roeden waren voorzien van zelfzwichting en hadden een vlucht van circa 72 voet. De molen had een gietijzeren as van De Prins van Oranje (‘s-Hage no.519-1868), deze as was afkomstig van de molen van Giezen te Muntendam en hier geplaatst door molenmaker Streuper van Nieuwolda.
Eigenaars zijn geweest: tot 1865 Derk Gerrits Mulder; sinds 1865 W.S. ten Have; sinds 1875 B.H. Goeman; in 1896 en 1901 Eppo Reinders; sinds 1922 M. Reinders.
De molen is op deze plaats gebouwd in 1855, in opdracht van Derk Gerrits Mulder. Daarvoor stond de molen 750 meter ten noorden van de kerk aan de zuidzijde van de Oude Stadsweg, waar hij in 1830 was gebouwd voor dezelfde Derk Gerrits Mulder, zoon van Gerrit Derks van Uithuizen. De eerste korenmolen in Heveskes was een spinnekop met een vlucht van 50 voet (een voormalige poldermolen), gebouwd in 1821 en verbrand in 1830. In 1857 werd de molen mede ingericht tot oliemolen, in 1865 heeft de molen een halve olieslag. In 1914 wordt een tweede hands ijzeren roede gestoken. In 1942 werd een nieuwe stelling aangebracht. De pelstenen werden in 1943 uit de molen verwijderd, zij gingen toen naar Offringa te Warffum. Op 25 april 1945 is de molen door Canadese troepen beschadigd, hij werd geheel doorzeefd maar vloog niet in brand. In 1949 maakte molenmaker H.J. Wiersema een offerte tot herstel, begroot op f.30.000.
De molen is afgebroken in juni/juli 1951 door Roemeling & Hassing, nadat op 19 januari 1950 een sloopvergunning was verleend. De beide pot-roeden met een lengte van 72 voet en uitgerust met zelfzwichting werden voor f.4000 verkocht naar Weesp.
Standplaats: aan de oostzijde van het dorp ten noorden van de Hoofdweg, 300 m ten noordoosten van de kerk. Coördinaten: 260,41#592,72.