Poldermolen De Dellen was een achtkante met verticale planken (later met dakleer) gedekte grondzeiler op veldmuren en een met dakleer gedekte kap. Beide roeden waren voorzien van zelfzwichting met stroomlijnneuzen en remkleppen en hadden een vlucht van 23,50 m. Ooit had de molen twee Pot-roeden. De molen was uitgerust met twee schroeven en bemaalde de polder De Dellen, groot 211 ha en opgericht in 1882. De opvoerhoogte bedroeg 2 m, de molen maalde uit op het Kleine Maar. In de molen is een spoorwiel (takrad) op de koningspil aangebracht, waarmee door twee schijflopen de beide spillen worden aangedreven die via een spilrad en schroefrad de schroeven in beweging brengen.
De molen is gebouwd in 1855 achter de boerderij van Geertsema, na afbranden van de voorganger uit 1793 ‘t Waar 840. Eigenaar is sinds 1 mei 1967 waterschap Oldambt; Molenstichting Oldambt. Mulders zijn onder andere geweest G. de Boer en Geert Jager. De molen was een pegel- of peilmolen.
Sinds 1907 is er als hulpkracht een stoommachine van 50 epk, voor 1907 was de hulpkracht een ruwoliemotor van 50 pk. Sinds 1926 is er een elektromotor op één van de schroeven (de grootste). In 1935 zijn de borden vervangen door stroomlijnneuzen (ventikanten) met remkleppen door molenmaker Harm Wiertsema uit Scheemda. In 1950 werd door molenmaker H. Wiertsema te Eexta een houten schroef vervangen door een gelaste stalen schroef met een diameter van 1,10 m, de andere schroef was een geklonken stalen schroef met een diameter van 1,30 m; kosten f.13.733. In 1966 is de molen hersteld door de plaatselijke timmerman Perdok onder leiding van oud-molenmaker H. Streuper; kosten f.21.000.
Op 7 september 1984 werd de molen onttakeld, hij is afgebroken in 1985 en verplaatst naar Nieuw-Scheemda. De verplaatsing werd uitgevoerd door molenmakers Roemeling en Molema uit Scheemda.
Standplaats: 750 m ten noordwesten van het dorp aan het Kleine Maar, 700 m ten westen van de brug aan het Kleine Maar. Coördinaten: 258,8#583,5.