De poldermolen ‘Ruigster Watermolen’ of ‘Leegster Watermolen’ was een achtkante rietgedekte grondzeiler op een geteerd houten onderstuk en met een rietgedekte kap. Beide roeden waren voorzien van zelfzwichting en stroomlijnneuzen. De molen was uitgerust met een schroef en bemaalde de Ruigsterpolder op de Schipsloot. De polder was 229 ha groot en opgericht als waterschap in 1778.
De molen is gebouwd vóór 1837, mogelijk in 1779. Mulders zijn onder andere geweest E. Remminga en D. Schrik. Sinds 1915 een locomobiel als hulpkracht. In 1947 kwam de molen buiten gebruik en sinds 1948 is er een elektromotor van 35 pk. Vaste molenmaker was H. Wiertsema.
In juni 1961 is de molen afgebroken, eigenaar was toen W.O. Bakker. De sloopvergunning was verleend op 8 juli 1960. De roeden gingen naar de molen in De Groeve bij Zuidlaren.
Standplaats: 1,75 km ten noordwesten van de kerk, bij de Schipsloot westzijde. Coördinaten: 252,55#586,95.