Deze poldermolen is gebouwd in 1868 in opdracht van S.D. Jensema. Het was een rietgedekte achtkante grondzeiler op veldmuren, uitgerust met een schroef en hij bemaalde de Barnheemsterpolder (354 ha) op het Westerwijtwerdermaar. De kap was met riet gedekt. Beide roeden waren voorzien van zelfzwichting en hadden een vlucht van 22,40 meter.
In december 1932 werd een nieuwe roede, voorzien van Dekker-stroomlijnneuzen, gestoken. In mei/juni 1936 werd een nieuwe schroef aangebracht: lengte balk 9,10 m, lengte schroefgangen 6,25 m, diameter schroef 1,50 m, aantal gangen drie, spoed 1,50 m. Sinds 1950 was de molen niet meer in gebruik, er werd toen een elektrisch gemaal in bedrijf gesteld. Een sloopvergunning voor de molen dateert van 16 januari 1959. De molen werd voor 4000 gulden gekocht door de firma Gunnewick en werd in 1959 herbouwd te Vragender als korenmolen ‘De Vier Winden' op een vierkant stenen onderstuk, door molenmaker Medendorp uit Zuidlaren. Bij de afbraak ging de gietijzeren bovenas, De Prins van Oranje nr. 1401 uit 1892, naar de koren- en pelmolen van Burum. Een pot-roede nr. 2700 uit 1932 ging naar de korenmolen van Kelderman te Marle.
Standplaats: 2 km ten zuid-zuidwesten van de kerk aan de noordzijde van het Westerwijtwerdermaar. Coördinaten 241,05#591,78.