Dit was een koren- en pelmolen, een met dakleer gedekte houten achtkante stellingmolen op een stenen tussen- en onderstuk. De kap was met dakleer gedekt. Eén roede was voorzien van zelfzwichting en de roeden hadden een vlucht van 78 voet. De ijzeren as is van het fabrikaat De Prins van Oranje.

De molen is gebouwd in 1848 als pelmolen, in opdracht van W. Boerema. In 1859 werd hij door eigenaar W. Boerema tevens ingericht tot korenmolen. Eigenaren na Boerma: sinds 1865 W.J. Alma, sinds 1868 A. Datema, J. Datema, sinds 1918 Drewen Oudman, sinds 1 november 1920 B. Wiersema.

De ijzeren as, de staart, kruilier en zelfzwichting zijn afkomstig van Wouthuis te Hoogkerk. Tijdens een onweer op 28 april 1871 werd de molen door de bliksem getroffen, waardoor één roede moest worden vernieuwd. De molen is buiten werking gesteld en voor het grootste deel afgebroken in 1927. In de dertiger jaren stond het stenen onderstuk nog overeind en was hierin een elektromotor van 25 pk geplaatst voor de aandrijving.

Het onderstuk is nog aanwezig, ingericht als woning en onderdeel van Garage Stalman. Tussen de grote ingangsdeur in het daarboven aangebrachte raam bevond zich een steen, waarop vermeld stond dat de molen in 1848 in opdracht van W. Boerema was gebouwd. Deze steen is stuk gevallen.

Standplaats: aan de oostzijde van het Boterdiep. Coördinaten 235,3#586,4.