Woltersum is een klein landelijk dorpje aan het Eemskanaal dat veel van zijn oorspronkelijke karakter behouden heeft. Naast de kerk is de Fram een belangrijke blikvanger van het dorp. Wilte Evenhuis (1837-1929) liet in 1867, nog voor de aanleg van het Eemskanaal, een zaag-, koren- en pelmolen bouwen . De molen werd gebouwd door de molenbouwers J. Dreise en J. Ritsema. Behalve zagen kon de molen ook graan malen en gerst tot gort pellen, naast de koren-, pel- en zaagmolen De Zwaluw in het Friese Burdaard, de enige molen in Nederland met die unieke combinatie. 33 jaar lang werd enkel de windkracht gebruikt om het hout te zagen, nadien kwam er een stoommachine om ook bij windstille dagen de molen aan te drijven.
Wilte Evenhuis werd 91 jaar oud, zeker voor die tijd een zeer hoge leeftijd. Zijn zoon Cornelus Evenhuis was degene die de molen zijn ietwat bijzondere naam gaf: Fram. Deze naam zal pas na 1900 aan de molen gegeven zijn, temeer omdat Cornelus in 1883 geboren is en de Fram (Voorwaarts in het Noors), het schip van de Noorse ontdekkingsreiziger Fridtjof Nansen, pas in 1893 in de vaart is genomen. Tot die tijd zal de molen ongetwijfeld de molen van Evenhuis genoemd zijn, zoals de gewoonte was bij molens in de provincie Groningen die geen eigen naam hebben.
Rond 1931 is de molen stil komen te staan en werd de zagerij alleen nog maar elektrisch aangedreven. In 1946 werd het wiekenkruis verwijderd. De houtzagerij van Evenhuis bleef tot 1955 in bedrijf. In 1959 nam de gemeente Ten Boer de molen over waarna in 1961 een restauratie plaatsvond door molenmaker A. Dreise met de molenmakers Schuitema en Doornbosch als onderaannemer. De molen kreeg voor het eerst in zijn bestaan een (tweedehands) gietijzeren bovenas. Op 5 december van dat jaar slaat de molen in een zeer zware storm echter op hol en gaat zeer snel achteruit draaien. Enkele dappere mannen, waaronder Joop Dreise, weten de molen tot stilstand te dwingen door de kap van de molen te kruien. Dreise werd een maand later als beherend molenaar aangesteld.
De restauratie van 1961 bleek bij lange na niet genoeg om de molen in goede conditie te krijgen, in 1973 was een restauratie andermaal noodzakelijk. Het zou tot december 1975 duren voordat een nieuwe, lange en uitvoerige restauratie tot stand kwam. De zeer uitvoerige restauratie werd wederom uitgevoerd door molenmakerij Doornbosch voor de som van maar liefst f 500.000,-. Na een aantal tegenslagen (een afbeelding in het Groninger Molenboek laat de tekst zien ‘Geen wind op geldmolen’) kon de geheel gerestaureerde molen op 3 mei 1980 in gebruik worden genomen. Het wiekenkruis heeft bij deze restauratie fokwieken gekregen. Naast molenaar Dreise werd Tom Krabbendam benoemd tot molenaar, later aangevuld door Auke Oosterhoff, Sietse Pot en Peter Heidema. De oudgediende molenaars Dreise en Krabbendam overleden beiden in 2012. Een laatste restauratie aan de molen werd rond 2010 uitgevoerd door molenaar en molenmaker Krabbendam. In 2012 werd de molen door Het Groninger Landschap overgenomen. De molen is vrijwel wekelijks in bedrijf en zaagt op vrijwillige basis.
Johan van Dijk (2014)