Het gebied waarin de poldermolen Koningslaagte is gebouwd is een zeer oud cultuurlandschap. In de buurt is de oude loop van de Hunze, de voorloper van het Reitdiep, nog duidelijk te herkennen. De Koningslaagte en het Reitdiepdal behoren tot de oudste cultuurgebieden in Europa. Er zijn meerdere theorieën in omloop over hoe de polder, en daarmee de molen, aan zijn naam is gekomen. De oudste verklaring is wellicht dat er voor de jaartelling een koning van de Noormannen in dit gebied zou zijn vermoord. Een andere verklaring gaat terug naar de Middeleeuwen: het gebied behoorde vroeger toe aan de koning, in die tijd was dat de (Duitse) keizer van het Heilige Roomse Rijk. Een andere verklaring tot slot die kan worden aangevoerd is dat het lege moerasachtige gebied van niemand was, en daarmee aan de koning toebehoorde.
De polder werd vanaf circa de tweede helft van de 19e eeuw bemalen door een molen. Aanvankelijk was dat een kleine spinnenkop, maar in 1878 werd met gebruikmaking van twee gesloopte molens bij Leek een nieuwe, stevige, achtkante poldermolen gebouwd. Dit is de molen die nog altijd veelvuldig draaiend in het landschap te zien is. Sinds jaar en dag wordt de molen vergezeld door een molenaarswoning. Nog steeds wordt dit huisje bewoond door de molenaars. Decennialang werd de molen bediend door de familie Rienks. Met recht is dit een echte molenaarsfamilie te noemen. Riek, de dochter van het echtpaar, trouwde zelf ook met een molenmaker/molenaar, en wel de bekende Groninger molenman Bernard Dijk. Bernard en Riek gingen na hun trouwen wonen bij poldermolen De Eolus aan het Aduarderdiep. Bernard is vooral bekend geworden in de (Groninger) molenwereld door de vele vrijwillige molenaars die hij op korenmolen De Onderneming in Vierhuizen heeft opgeleid. De bekendste is wellicht cabaretier Herman Finkers die de opleiding helaas nooit afgerond heeft. Na het overlijden van de ouders van Riek Dijk-Rienks is de molenaarswoning van de Koningslaagte nog enige tijd bewoond geweest door vrijwillig molenaar Lammert Groenewold, een familielid van de familie Rienks.
Het verhaal van de huidige bewoners van de Koningslaagte is haast een modern sprookje te noemen. Vrijwillig molenaar Hendrik-Jan Berghuis woonde al meer dan tien jaar alleen in het huisje bij de molen toen hij via via bezoek kreeg van twee zussen, zelf ook allebei vrijwillig molenaar en wel in Haarlem. Mieke, de oudste van de twee, raakte meer en meer in de Groninger molens geïnteresseerd, maar voornamelijk ook in molenaar Hendrik-Jan. Enige tijd later trouwden Hendrik-Jan en Mieke en sindsdien dragen ze zorg voor zowel de Koningslaagte als de nabijgelegen korenmolen Wilhelmina in Noorderhoogebrug, aan de rand van de stad Groningen. En wie weet zal de familiegeschiedenis in de Koningslaagte zich voortzetten. Zoons Matthijs en Steven van het echtpaar Berghuis zijn op hun jonge leeftijd al net zo enthousiast en fanatiek met molens bezig als hun ouders.
Johan van Dijk (2014)