De poldermolen van de Zandjerpolder was een achtkante, met vertikale planken (blauw geverfd) gedekte grondzeiler op veldmuren en met een houtgedekte kap. Beide roeden waren voorzien van zelfzwichting. De molen had een gietijzeren as van het fabrikaat De Prins van Oranje, nr.1434 uit 1894. De molen was uitgerust met een schroef en bemaalde de Zandjerpolder, groot 690 ha en opgericht in 1816.
De molen is gebouwd in 1892, op de plaats waar in 1879 de voorganger uit 1816 werd afgebroken, door aannemers-molenmakers Jans Dreise en Sjabbo Buitenkamp uit Schildwolde. Architect was E. Wiertsema. Vanaf de bouw had de molen als hulpkracht een stoommachine. Bij de bouw werd gebruik gemaakt van de houtzaagmolen van J. Hooites uit Foxholsterbosch.
In 1946 werd de bemaling overgenomen door een elektrisch gemaal van 50 pk. Mulders zijn hier geweest J. Korringa (1881-1940) en daarna J. Slager. In 1961 werd de molen aan de Provinciale Waterstaat verkocht voor f.1. Deze liet de molen in juli 1963 afbreken door D. Medendorp. De sloopvergunning dateert van 29 januari 1963. Aanvankelijk werden de onderdelen (waaronder een gietijzeren as) opgeslagen bij Provinciale Waterstaat; later werden ze verkocht aan molenmaker Roemeling voor gebruik elders.
Standplaats: 3,75 km ten noordwesten van de kerk van het dorp aan de zuidoostzijde van het Afwateringskanaal. Coördinaten: 247,58#586,37.