De Twee Gebroeders was aanvankelijk een oliemolen, sinds 1902 echter koren- en pelmolen. Het was een achtkante met dakleer gedekte stellingmolen op een schuur, met een met horizontale planken gedekt tussen- en onderstuk en een met dakleer gedekte kap. Eén roede was voorzien van zelfzwichting. De molen is gebouwd in 1850 voor J.M. Juursema, de vergunning is van 10 mei 1850.
Eigenaars zijn geweest: J.M. Juursema; in 1855 H. Vroon de Boer; sinds 1860 E.J. van Wering; in 1864 de erven van Wering (verkoop in 1868); in 1872 R. de Boer; sinds 1873 L.D. van Reiden; J.P.Santée (oliemulder); sinds 1902 Joh.C. Reijntjes; sinds 1914 J.C. Reijntjes.
Op 30 januari 1882 vindt er een publieke verkoop plaats van: 'Een olie-, pel- en korenmolen, waarin nieuwe pel- en roggestenen, met daarbij behorende getimmerten, als oliebakken, zaadpakhuis, grote turfschuur en knechtenwoningen, staande en gelegen aan het vaarwater te Leek. Een en ander toebehorende aan de heer L.D. van Reiden en echtgenoot'. In 1932 werden de roeden uitgenomen. De molen is afgebroken in september 1933. In dat jaar zijn onderdelen gebruikt bij het herstel van de molen te Noordhorn.
Standplaats: 300 m ten zuidwesten van de brug aan de westzijde van het Hoofddiep. Coördinaten: 221,96#575,41.