Deze kleine poldermolen was een kleine achtkante, met dakleer gedekte grondzeiler op een met horizontale planken gedekt onderstuk en een met dakleer gedekte kap. De roeden waren oudhollands opgehekt en hadden een vlucht van 12,8 m. De molen was uitgerust met een schroef en bemaalde de polder van de gebroeders Bos (polder 17) op het Hoendiep, groot 31 ha en opgericht in 1837.

Voor zo ver bekend is de molen gebouwd na 1862. Hij verving een oude houtgedekte spinnenkop, gebouwd voor 1521. Eigenaars waren de Gebr. Bos, mulder was mede-eigenaar A. Bos. Vroeger had deze molen twee schroeven met diameters van 0,96 en 0,78 m en aangedreven via een spoorwiel, en bovendien nog een paar roggestenen. In 1931 kreeg de molen een nieuwe roede. In 1946 werd de polder opgenomen in een aangrenzende polder en sinds die tijd stond de molen stil.

Het molentje werd in 1962 gekocht door molenmaker J.D. Medendorp. Hij brak de molen zonder vergunning af in september 1963 en sloeg de onderdelen op in Zuidlaren. Onderdelen werden in 1968, samen met onderdelen van een molen uit Kantens, gebruikt voor de bouw van een privé-molen te Vledder.

Standplaats: 2 km ten west-zuidwesten van Hoogkerk aan de zuidzijde van het Hoendiep, halfweg Vierverlaten en De Poffert. Coördinaten: 227,55#580,78.